Historie

Ontdek de historie van Ferme de Leuze

La Ferme des Templiers in Somme-Leuze

De hoeve is opgenomen in de inventaris van Cultureel Erfgoed van Wallonië

De Tempeliers
Ferme de Leuze staat ook wel bekend als ‘Ferme des Tempeliers’ De Orde van de Tempeliers werd in 1118, na de eerste kruistochten, opgericht door Hegues de Payen. De orde bestond uit monnik-soldaten met als belangrijkste taak het beschermen van de pelgrims op hun tocht naar Jerusalem. Door het uitvoeren van deze nobele taak ontving de orde veel legaten en schenkingen en werd hierdoor een invloedrijk en zeer rijk. Zo invloedrijk dat paus Clementinus de 5e besloot een einde te maken aan de orde. Op vrijdag de 13e oktober 1307 liet hij een groot aantal Tempeliers op de brandstapel belanden. Onder hen Jacques de Molay, de laatste grootmeester van de Tempeliers.

Geschiedenis van de Hoeve
Na zijn terugkomst van de kruistochten in 1150, schenkt Jean l’Croisé, kasteelheer van Somal, het domein ‘Leuze’ aan de Orde van de Tempeliers.In 1255 wordt dit domein opnieuw genoemd in de geschiedschrijving, maar nu als ‘Commanderie Templière de Leuze’. Inmiddels staan op dit domein een boerderij, een watermolen en een kapel. Vanaf 1314 komen de gebouwen in handen van de Hospitaalridders van de Orde van St. Jean.


Overblijfselen uit een roerige ridderverleden
Er is niet veel meer over van de originele gebouwen. Wel doen de hoge vestingmuren van de hoeve terugdenken aan de roerige geschiedenis van weleer met ridders, kruisheren en hun onmetelijke schatten…… de Graal!Een gedenksteen op de hoeve uit 1765 herinnert nog aan het feit dat Jacques Laure Le Tonnelier de Breteuil, commandeur van Villers-le-Temple in deze periode op de hoeve verbleef.Van de watermolen aan de het riviertje ‘de Leuze’ is niets meer over dan een ruïne, de kapel heeft hetzelfde lot ondergaan. Wat nog wel staat is het kasteel van Somal, ca. 5 km ten zuidoosten van de hoeve, waar de historie van de ferme de Leuze mee begon. Er wordt gezegd dat er vanaf de hoeve een onderaardse gang loopt naar het massieve kasteel in Somal. Het kasteel dat nu op deze plek staat werd in 1468 heropgebouwd, daarna werd het dikwijls verbouwd en aangepast aan de heersende smaak, maar het blijft zeer bezienswaardig.Ongeveer 28 km ten noorden van Ferme de Leuze ligt het Tempeliers dorpje Villers-le-Temple, één van de laatste bolwerken uit het rijke tempelierverleden. Deze plaats ademt nog steeds een sfeer uit van tijden van weleer. Hier kom je Jacques Laure Le Tonnelier de Breteuil ook weer tegen, zij het, nu op een ingemetselde gedenksteen in de kerkmuur die herinnert aan het feit dat door een gulle gift van Jacques Laure dit kerkje gebouwd kon worden

NAMUR

In de provincie Namen, hadden de tempeliers in Acoz een klein huis met aanhankelijkheden. Een ander huis lag in de parochie Saint-Denis te La Bruyère, vlakbij Namen.  Het huis had een kapel, gronden en een molen.  In de zeventiende eeuw werden de bouwen zwaar beschadigd. Ten zuiden van Villers-le-Temple, op de grens met de provincie Luik, waren de tempeliers heer van de dorpjes Somme en Leuze, waar ze invloed uitoefenden op alle niveaus van justitie en rechtspraken over de bevolking.  Het huis kwam in 1255 in handen van de orde en was voorzien van een mooi kapel, een watermolen en heel wat omliggende landerijen.  In Leuze staat vandaag nog steeds de ‘Ferme des Templiers’  Vanuit de tempelhoeve zou volgens een legende een onderaardse gang lopen naar het kasteel van Somal.  In Beuet, tussen Namen en Gembloux stond de tempelhoeve van Gérancourt.

LUXEMBURG

In Hagrimont, nabij Marche-en-Famenne, kregen de tempeliers in 1191 een huis, nabij de rivier Wame, samen met omliggende stukken grond en bos. In 1248 werd het domein uitgebreid met een leen in Chenehem of Cheneu, een locatie die nu bekend is als  ‘Moustaviet’ , langs de weg naar Nassogne.  De commanderij is bijna volledig verdwenen, op enkele stukken muur na in een hoeve in Rochefot, langs de route de Marche

Vermelding in het boek van Jan Hosten : De Tempeliers  

“de Ferme des Templiers”